OV-bureau Groningen Drenthe
OV-bureau Groningen Drenthe | |
Rechtsvorm | Gemeenschappelijke regeling |
---|---|
Vestigingsplaats | Assen |
Doelstelling en openbaar belang | Het openbaar belang van het OV-bureau is het vormgeven van het openbaar vervoer en het aansturen van de vervoerders in het openbaar busvervoer. Op basis van de kaderstellingen van de provincies Groningen en Drenthe en de gemeente Groningen heeft het OV-bureau doelstellingen voor het openbaar (bus-)vervoer geformuleerd, waar vanuit het ook in 2024 zijn werkzaamheden wil verrichten. |
Relatie met deelprogramma | |
Deelnemende partijen | Het OV-bureau is een initiatief van de provincies Groningen en Drenthe en de gemeente Groningen. |
Bestuurlijk belang | De gemeente Groningen wordt in het dagelijks bestuur vertegenwoordigd door een collegelid. Het algemeen bestuur bestaat uit 9 leden, drie uit ieder betrokken overheidsorgaan. De gemeente Groningen wordt hierin vertegenwoordigd door drie collegeleden. |
Financieel belang | De gemeente is als deelnemer voor 21% risicodragend in het OV-bureau. De provincies Groningen en Drenthe zijn dit voor respectievelijk 44% en 35%. De gemeente Groningen draagt geen jaarlijkse deelnemersbijdrage af aan het OV-bureau voor de uitvoering van het openbaar vervoer. Wel draagt de gemeente bij aan de exploitatiekosten van het OV-bureau als organisatie. Zonder aanvullende maatregelen zou in 2024 een tekort op de exploitatie openbaar vervoer ontstaan van naar verwachting 8,2 miljoen euro. Eén van de maatregelen die het OV-bureau in haar begroting voorstelt om dit tekort op te vangen betreft een extra bijdrage van deelnemers van in totaal 2,2 miljoen euro. |
Vermogen | Het begrote eigen vermogen van het OV-bureau bedraagt op 1 januari 2024 26,5 miljoen euro en op 31 december 2024 10,0 miljoen euro. Het begrote vreemd vermogen bedraagt op 1 januari 2024 7,6 miljoen euro en op 31 december 2024 12,0 miljoen euro. |
Financieel resultaat | Het begrote resultaat over 2024 bedraagt 0 euro. |
Financiële risico’s | Al een aantal jaar is het sluitend krijgen van de meerjarenbegroting van het OV-bureau lastig. Ook voor 2024 is dit aan de orde. Het OV-bureau ziet zich geconfronteerd met sterke teruggelopen inkomsten uit de kaartverkoop en met aanzienlijke kostenstijgingen (hogere brandstofkosten, hoger ziekteverzuim, grotere verkeersdrukte). Deze ontwikkelingen hebben een nadelige invloed op de verwachte resultaten van het OV-Bureau. Het Rijk is niet van plan de Corona-steun langer door te zetten. Vanuit de gedachte dat het weerstandsvermogen het doel heeft ten tijde van een crisis financiële risico’s op te vangen, heeft het DB OV-bureau besloten om het beschikbare weerstandsvermogen gedurende deze financieel lastige jaren in te zetten om een deel van de tekorten op te vangen. Hierdoor hoeft er minder op het vervoeraanbod te worden bezuinigd. Het is een reëel risico dat het weerstandsvermogen hierdoor onder de vastgestelde ondergrens van 4,75 miljoen euro gaat zakken. In de begroting 2024 spreekt het OV-bureau de verwachting uit dat het weerstandsvermogen in 2027 de nullijn kan bereiken. |
Relevante beleidsinformatie | Om de beschreven financiële situatie te verbeteren richt het OV-bureau haar aanpak op de volgende speerpunten:
|
---|---|
Beleidsrisico | Naar verwachting zal er ook na 2024 nog een aantal jaren bezuinigd moeten worden op de dienstregeling van het openbaar vervoer om kosten en opbrengsten weer in balans te brengen. Dit vormt een risico voor de uitvoering van het gemeentelijke mobiliteitsbeleid. Het doel is om inwoners en bezoekers te stimuleren andere vervoersvormen dan de auto te gebruiken om de leefkwaliteit in de stad te vergroten. Daarvoor is een goed openbaar vervoer noodzakelijk. Door de noodzakelijke bezuinigingen wordt het openbaar vervoer juist een minder aantrekkelijk reisalternatief. |