Deelprogramma 1.1: Economie en werkgelegenheid

Voortgang lopende jaar en relevante ontwikkelingen

Voortgang lopende jaar en relevante ontwikkelingen

De onzekerheid over de richting van de economische conjunctuur blijft substantieel. De economie doorloopt meerdere aanpassingsprocessen onder invloed van inflatie, mondiale afkoeling, hogere rentes en correctie op de woningmarkt. Volgens de eerste berekening van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) is de economie in het tweede kwartaal 2023 gekrompen met 0,3 procent. In het eerste kwartaal 2023 daalde het bruto binnenlands product (bbp) met 0,4 procent. Dat betekent dat Nederland in een recessie zit. De daling komt vooral omdat consumenten minder uitgaven en Nederland minder spullen exporteerde. De economie in de provincie Groningen is in het tweede kwartaal van 2023 zelfs met 13 procent gekrompen ten opzichte van een jaar eerder. De afbouw van de gaswinning zorgde voor deze forse krimp, exclusief deze delfstoffenwinning was de economie in Groningen even groot als een jaar geleden.

In het tweede kwartaal van 2023 was 3,4 procent van de beroepsbevolking in Nederland werkloos. Een jaar eerder, in het tweede kwartaal van 2022, was dat 3,3 procent. In het tweede kwartaal van 2023 was het werkloosheidspercentage het hoogst in de provincie Groningen en Noord-Holland (beide 3,9 procent), daarentegen nam de werkloosheid wel iets af in Groningen (- 0,1 procent) vergeleken met het tweede kwartaal van 2022. Ondanks dat de Nederlandse economie afgelopen kwartaal in een recessie is beland blijft de arbeidsmarkt nog altijd erg krap.

Net als in de rest van Nederland komen er wel signalen dat een aantal kleinere en middelgrote bedrijven in de problemen komt door de terugbetaling van coronasteun en opgebouwde belastingschulden. De sectoren kappers, horecazaken en winkeliers zijn naar verwachting het meest kwetsbaar. Volgens de Kamer van Koophandel nam in het tweede kwartaal van 2023 het aantal faillissementen in de gemeente Groningen toe ten opzichte van het tweede kwartaal van 2022 (van 0,19 naar 0,34 per 10.000 inwoners). Dit is een landelijk beeld. Het aantal stoppers nam daarentegen iets af (van 15,5 vestigingen naar 15 per 10.000 inwoners), terwijl het landelijk toenam (van 18,7 vestigingen naar 20,6 per 10.000 inwoners).

De gronduitgifte aan bedrijfskavels was afgelopen jaar (2022) met 6,9 hectare boven de prognose. De nieuwe behoefteraming bedrijventerreinen 2022-2040 laat zowel in het lage als hoge scenario een hogere vraag naar bedrijfskavels zien dan er nog aan plancapaciteit aanwezig is. Het tekort aan bedrijfskavels tot 2040 ligt tussen de 40 en 120 hectare. Ook voor kantoren is een marktanalyse opgesteld voor de periode 2022-2040. Hier is sprake va een vervangingsmarkt: op hoogstedelijke centrummilieus en OV-knooppunten zoals Hoofdstation, Europapark/Kempkensberg en campuslocaties is sprake van een groeiende vraag. Op snelweglocaties, overige ov-locaties en in woonwijken wordt een afnemende vraag verwacht. Transformatie van verouderd kantoorvastgoed en slechte locaties levert extra marktruimte op voor nieuwbouw hoogstedelijke centrummilieus en OV-locaties. De raad is op 25 april 2023 per brief geïnformeerd over de marktanalyses bedrijventerreinen en kantoren. Hierin geeft het college aan welke strategie zij voert met betrekking tot de voorraad kantoren en bedrijfskavels. Uitbreiding van de voorraad bedrijventerreinen is voorzien bij Meerstad, Westpoort,  en in beperkte mate t.b.v. het lokale mkb bij Dijkshorn/Ten Boer.

Deze pagina is gebouwd op 11/07/2023 15:43:03 met de export van 11/07/2023 15:35:31